Wageningen, The Netherlands
March 10, 2016
The European project BIOCOMES brings together companies and research institutes that are looking to bring new means of biological pest control to the market as a way for the EU to stimulate integrated pest management (IPM). “After two years, we are now halfway through the project and have already made some concrete achievements,” says BIOCOMES coordinator Jürgen Köhl, scientist in phytopathology at Wageningen UR.
Selection for effectiveness
One of the 11 products in the framework of BIOCOMES is a nematode that can be used against the larvae of the corn rootworm. “Working together with universities in the Azores and in Israel, the German company and BIOCOMES partner e-nema managed to ‘breed’ more effective nematodes by selecting worms that are better able to attack the corn rootworm larvae,” Köhl explains. “In addition, the nematodes were also selected for heat and drought tolerance, making them simpler to use as pest control.”
Replacing synthetic methods
Of the 11 products in the BIOCOMES programme, e-nema’s nematodes are the closest to representing a concrete commercial product. “This is an excellent example of integrated pest management,” Köhl says. “Right now, corn rootworm is primarily tackled with neonicotinoids. We think it would be good if this project helped us create a biological alternative against these harmful beetles.”
Fungus
Köhl’s BIOCOMES team is involved in other areas, such as the selection of fungi that can be used as an antagonist against wheat mildew. “We started our project in Wageningen with some thousand isolates of fungi, which were initially screened for aspects such as drought tolerance. The 185 isolates that remained were used to inoculate grains affected by mildew. We now have ten different fungi which are probably worth the effort to continue to develop against mildew.”
Partnerships between industry and research
Köhl and his colleagues are working with German and Swedish companies and research institutes in the mildew project. “This is the great value of this project,” he emphasises. “The cooperation between private and academic partners ensures substantive progress on the road to integrated pest management.”
The BIOCOMES project, which is subsidised by the EU to the tune of nine million euros, runs until the end of 2017. “While not all subprojects will have resulted in concrete products on the shelves at the end of this period, we are making significant steps in the right direction.”
Biologische bestrijding met veredelde nematoden en slimme schimmels
BIOCOMES is het Europese project waarin bedrijven en onderzoeksinstellingen samenwerken om nieuwe biologische gewasbeschermingsmiddelen op de markt te krijgen. Op die manier wil de EU Integrated Pest Management (IPM) stimuleren. "We zijn nu na twee jaar halverwege het project en hebben al enkele concrete successen geboekt", zegt de coördinator van BIOCOMES, dr. Jürgen Köhl, onderzoeker fytopathologie bij Wageningen UR.
Selectie op aanvalskracht
Eén van de elf producten waaraan wordt gewerkt binnen BIOCOMES is een nematode, die kan worden ingezet tegen de larven van de maïswortelkever. Köhl: "Samen met universiteiten op de Azoren en in Israël, is het Duitse bedrijf en BIOCOMES-partner e-nema erin geslaagd om nematoden te 'veredelen'. Ze hebben de wormpjes geselecteerd op hun eigenschap om de larven van de maïswortelkever effectief aan te kunnen vallen. Daarnaast hebben ze de nematoden ook geselecteerd op hitte- en droogtetolerantie, waardoor ze straks makkelijker als gewasbeschermingsmiddel kunnen worden ingezet."
Vervangen van synthetische middelen
Van de elf producten op het programma van BIOCOMES, zijn de nematoden van e-nema het verst gevorderd richting een concreet commercieel product. "Het is bij uitstek een voorbeeld van geïntegreerd pestmanagement", stelt Köhl. "Op dit moment worden met name neonicotinoïden ingezet tegen de maïswortelkever. Het zou dus mooi zijn als er via dit project een biologisch alternatief komt tegen deze schadelijke kevertjes."
Fungus
Het BIOCOMES-team van Köhl is zelf onder andere betrokken bij de selectie van schimmels die als antagonist kunnen worden ingezet tegen meeldauw in graan. "We zijn in Wageningen begonnen met ongeveer duizend isolaten van schimmels. Die zijn gescreend op onder andere droogtetolerantie. De 185 isolaten die toen overbleven hebben we geïnoculeerd op graan met meeldauw. Inmiddels hebben we tien verschillende schimmels gevonden die wellicht de moeite waard zijn om verder te ontwikkelen tot meeldauwbestrijders."
Samenwerking tussen bedrijfsleven en onderzoek
In het meeldauwproject werken Köhl en collega’s samen met Duitse en Zweedse bedrijven en onderzoeksinstellingen. "Dat is ook de grote waarde van dit project", benadrukt Köhl. "Door de samenwerking tussen private en academische partijen is inhoudelijke winst te boeken op de weg naar geïntegreerd pestmanagement."
Het door de EU met negen miljoen gesubsidieerde project BIOCOMES loopt nog tot eind 2017. "Aan het eind van die periode zullen er zeker niet voor alle deelprojecten concrete producten op het schap liggen, maar we zetten wel betekenisvolle stappen in de goede richting."